Huishoudelijk Reglement VvE

HUISHOUDELIJK REGLEMENT / – Click here for English version of the Domestic Regulations

VERENIGING VAN EIGENAARS ZEEKANT / GEVERS DEYNOOTWEG

Dit Huishoudelijk Reglement is het reglement als bedoeld in art. 44 van het 
” ­Modelreglement bij splitsing in appartementsrechten “, opgenomen in de split­singsakte van het complex Zeekant 103 / 104R en Gevers Deynootweg 1262A / 1278E verder te noemen “splitsingsreglement”.

Tenzij anders bepaald, is elk artikel van toepassing zowel op de vereniging als op haar eigenaren. Eigenaren en/of gebruikers zijn verplicht te doen wat rede­lijkerwijs binnen hun mogelijkheden ligt de in dit reglement gegeven regels voor bewoning en gebruik te doen naleven door anderen die met hun toestemming hun privé-gedeelten betreden.

U kunt het HHR doorzoeken door de toets combinatie CTRL-F te gebruiken.

Art. 1 Algemene bepalingen.

1. Waar in dit reglement wordt gesproken van eigenaar, wordt bedoeld:
de gerechtigde tot een appartementsrecht behorende tot de appartementrechten, kadastraal bekend gemeente ‘s-Graven­hage, sectie V, nummer 7214 A, daaronder begrepen hij/zij die een beperkt zakelijk genotsrecht op een appartementsrecht heeft.

2. Behoudens de termen “eigenaren” en “gebruikers” zijn alle begrippen als omschreven in artikel 1 van het splitsings­regle­ment van toepassing.

3. Dit reglement is van toepassing op eigenaren en/of gebruikers.
“GEBRUIKER”: degene, die anders dan als eigenaar of als hebben­de een zakelijk genotsrecht op een appartementsrecht, het recht van uitsluitend gebruik heeft van een privé-gedeelte en het medegebruik heeft van gemeenschappelijke gedeelten en/of gemeenschap­pelijke zaken.

4. Bezoeker is degene, die zich ophoudt in het gebouw c.a., niet zijnde een bestuurder, een eigenaar of gebruiker.

5. In alle gevallen waarin noch het splitsingsreglement noch het 
Hui­shou­delijk Re­glement voorziet zullen bestuurder/admini­stra­teur en/of Com­mis­sie van Toezicht voorlopige maatregelen tref­fen in afwachting van een beslis­sing van de algemene le­denver­gadering.

art. 2 Jaarvergaderingen.

1. Jaarlijks, minstens 14 dagen voor de algemene ledenverga­de­ring,stelt de be­stuurder/administrateur alle eigenaren in het bezit van:
a. de exploitatierekening over het voorgaande boekjaar, als­mede het saldo van de reserveringen;
b. de concept-begroting voor­ het lopend boekjaar met een toe­lich­ting op de belangrijkste voorgestelde uitgaven.
c. een toelichting op overige te bespreken punten.

2. De notulen van de algemene ledenvergadering worden in pri­ncipe bin­nen 6 weken na de datum waarop de vergadering heeft plaats­ge­had, aan alle eigenaren toege­zonden.

art. 3 Het bestuur van de Vereniging.

1. Het bestuur van de vereniging wordt gevormd door een be­-
stuur­der/ad­ministra­teur, bijgestaan door een Commissie van 
Toe­zic­ht, bestaan­de uit de voorzitter van de vergadering en de
vi­ce-voorzit­ter en in afwij­king van het gestelde in arti­kel 33.5
van het Splitsingsre­glement, maxi­maal 3 overige le­den, welke 
allen worden geko­zen en benoemd door de algemene leden­vergade­-
ring.
Deze leden van bestuur dienen lid te zijn van de Vereniging van
Eigena­ren.
In geval van ontstentenis of belet van de voorzitter en de vice-voor­zit­ter voor­ziet de algemene ledenvergadering in de benoe­ming van een voorzitter uit de aan­wezige leden van de Commissie van Toezicht.

2. De leden van de Commissie van Toezicht worden voor een periode van vier jaar benoemd. Na een zittingsperiode is het mogelijk zich voor een nieuwe periode herkiesbaar te stellen. Na twee aaneengesloten zittings­perioden is geen herver­kiezing moge­lijk. Voor de eerste zittingsperiode, ingaande per 10 mei 1995, legt Commi­s­sie van Toezicht ter goedkeuring aan de algeme­­­­ne ledenve­r­ga­de­r­ing een roo­ster van aftre­­­den voor.

3. De bestuurder/administrateur is, onverminderd zijn taken en be­voegdheden in­gevolge de wet, het Splitsingsreglement en de Split­sings­ak­te, ge­houden regelma­tig overleg te voeren met de leden van de Com­missie van Toezicht van de vereni­ging, bij voorkeur eenmaal per kwar­taal.

4. Leden van de Commissie van Toezicht zijn gerechtigd om de door hen in functie van bestuurslid in redelijkheid gemaakte en noodzake­lijke onkosten bij de ver­eniging in rekening te bren­gen.

5. Naast de benoeming van een bestuurder/administrateur door de ver­eniging, sluit de vereniging een schriftelijke overeen­komst met de bestuurder/administra­teur inzake de wederzijdse rechten en plichten. deze overeenkomst kan nimmer in strijd zijn met het bepaalde in het Splitsingsreglement en het Huis­houde­lijk Regle­ment. 

art. 4 De kascommissie.

1. De kascommissie bestaat uit twee (2) leden van de vereniging van eigenaren en een reserve-lid, welke leden twee-jaarlijks zullen worden gekozen en geïnstalleerd door de algemene leden­vergade­ring.

2. De leden van de kascommissie zijn herkiesbaar.

3. Leden van het bestuur kunnen geen lid zijn van de kascommissie.

4. De aanbieding van de jaarstukken aan de kascommissie vindt plaats binnen een periode van 6 weken na afsluiting van het boekjaar.

5. De kascommissie heeft tot taak de kas en de jaarstukken van de
vereniging te controleren en brengt hierover verslag uit aan de
vergadering. Na goedkeuren van de stukken door de vergadering 
zal de bestuurder worden gedechargeerd.

art. 5. Bijzondere bepalingen.

1. De vergadering van eigenaren kan uit haar midden een bijzondere commissie benoemen bestaande uit tenminste drie (3) personen.
Aan deze commissie kunnen taken worden opgedragen, vastgesteld in de vergadering van eigenaren, welke niet in strijd mogen zijn met het splitsingsreglement en het Huishoudelijk Regle­ment.

2. Een bijzondere commissie rapporteert via de voorzitter van de 
ver­ga­dering aan de algemene ledenvergadering, tenzij door de 
vergade­ring an­d­ers mocht zijn be­sloten.

3. Leden van een bijzondere commissie zijn gerechtigd om de door hen in functie van bijzonder commissielid in redelijk­heid gemaakte en nood­za­kelijke onkosten bij de vereniging in reke­ning te brengen.

4. Een bijzondere commissie wordt ontbonden als de aan die commis­sie opgedragen taak is volbracht, doch altijd binnen een termijn van 3 jaar.

art. 6. Onderhoud van de gebouwen.

1. Uitsluitend de bestuurder/administrateur en/of personen die door de algemene ledenvergadering zijn aangewezen, kunnen opdrachten ver­strekken die verband hou­den met het onderhoud van het gebouw.

2. Het aanbrengen van naamplaatjes op het bellentableau en/of de brievenbussen geschiedt in uniforme uitvoering door of in opdracht van de be­stuur­der/admini­strateur. De kosten voor leve­ring en plaatsing komen voor reke­ning van de eige­naar van het desbe­tref­fende apparte­ment.

art. 7 Installaties.

1. De bediening en het onderhoud van installaties ten algemene nutte mag alleen geschieden in opdracht van het bestuur zoals genoemd in art. 3, pnt. 1. Hiervan is uitgezonderd het bestu­ringspaneel aan de binnenzijde van de liftkooi, alsmede de oproepknoppen aan de kozijnen van de liftdeuren.

2. Voor het gebruik van elektrische apparatuur in de bergin­gen dient tevoren schriftelijke toestemming van de bestuur­der/admi­nistra­teur te zijn ver­kregen. De extra kosten voor energiever­bruik zullen door de bestuur­der/administrateur aan de gebruiker in rekening wor­den ge­bracht. Per overtreding kan op basis van rede­lijk vermoe­den, te consta­te­ren door de be­stuurder/admini­strateur en twee le­den van de Commis­sie van Toezicht, een boete worden opgelegd van maximaal € 230,00. Dit bedrag wordt ten bate gebracht van de alge­mene re­serve van de ver­eniging.

3. Het is niet toegestaan, dat eigenaren of bewoners wijzigingen aanbrengen aan de standaard 24-volt electrische voorzienin­gen in de bergingen en/of aan de 220-volt wandcontact­dozen in de gangen van de bergingen alsmede in andere algemene ruimten.

4. Het is de eigenaren niet toegestaan om wijziging aan te brengen in of werk­zaamheden te (laten) verrichten aan de zich binnen het privé-ge­deelte bevindende onderdelen van de cen­trale antennein­stallatie, an­ders dan door de bevoegde in­stan­ties.

5. Individuele aanpassing per appartement en ruimte van het mecha­-
n­isch afzuig­systeem is verboden. Het aansluiten van me­chanische
afzuig-, wasem- of circula­tiekappen en/of andere apparatuur op 
het centraal mechanisch afzuig­systeem is ten strengste verbo­den.
Bij overtreding zal de eigenaar van het desbetreffende eige­naar van het appar­tement aan­sprakelijk gesteld worden voor de hier uit voortvloeien­de schade voor de vereniging.

art. 8 Bezoekers.

1. De uit het Splitsingsreglement en Huishoudelijk Reglement 
voortvloeiende gedragsvoorschriften voor eigenaren en/of ge-
b­ruikers, zijn op gelijke wijze van toepassing op bezoekers.

2. De door de bestuurder, enige eigenaar of gebruiker uitgenodigde
bezoeker is gehouden diens aanwijzingen op te volgen. De ui­t­no­-
diger is te allen tijde verantwoordelijk voor de gedragin­gen van 
zijn of haar bezoek.

3. Uit oogpunt van veiligheid dienen bewoners aan onbe­kenden geen toe­gang tot het gebouw te verlenen.

art. 9 Verkeersregels.

1. Op alle binnenterreinen is de Nederlandse verkeerswetge­ving van gelijke toe­passing, met dien verstande, dat alle binnen­terrei­nen als woonerf gelden.

2. Het is verboden op de toegangswegen, alsmede in de par­keerkel­der en op de parkeerdekken buiten de gemarkeerde par­keervak­ken te parke­ren.

3. Het plaatsen van parkeerhindernissen zoals paaltjes, ket­tingen enz. op de par­keerplaats is niet toegestaan. Eventuele schade en/of vervolg­schade voortvloei­end uit aangebrachte parkeerhin­dernis­sen zal op de be­treffende eigenaren worden verhaald.

4. Het verkeer dat het gebouw verlaat heeft voorrang op het verkeer dat het gebouw binnengaat.

art. 10 Regels voor bewoning en gebruik.

1. Onverminderd het bepaalde in het Splitsingsreglement is het de 
eigenaren of gebruikers niet toegestaan:

a. rijwielen en/of andere voorwerpen te plaatsen in de hal, in de trappenhuizen, in gangen en/of op de galerijen­ van het gebouw;

b. in de brievenbus aangetroffen papieren zoals reclamefol­ders en
kran­ten, waar­op geen prijs wordt gesteld, achter te laten in de hal waarin zich de brievenbus bevindt of elders in de gemeen-
schappelijke ruim­ten;

c. de daken van het gebouw en/of de liftkamers te betreden;

d. delen van de constructies van balkon- en galerijhekken te de-
monte­ren;

e. in de liften te roken.

2. De eigenaren of gebruikers dienen zich te onthouden van het be-
vuilen van de gemeenschappelijke ruimten of de (parkeer)terrei­nen binnen het complex. Indien een dergelijke ruimte of het (par­keer)terrein wordt bevuild, dient de desbetreffende bevui­ler deze voor zijn eigen kosten te reinigen of te laten reini­gen. In­dien de betreffende bevuiler hieraan niet binnen 24 uur voldoet, dan kan de bestuurder/administrateur hiertoe aan derden opdracht ge­ven, evenwel op kos­ten van de bevui­ler.

3. De eigenaren of gebruikers mogen in de gemeenschappelijke ruimten slechts huisvuil plaatsen of geplaatst houden, indien dit ge­schiedt in de daartoe aanwezige afvalcontai­ners op de parkeer­dekken.

4. Het is niet toegestaan om huisvuil, anders dan in geslo­ten 
pla­stic zakken, in de daartoe bestemde afvalcontainers te de­po-
ne­ren. Het zoge­naamde GFT-afval dient los gestort te wor­den in 
de hiervoor be­stem­de bakken. Het is niet toe­gestaan grof­­ vuil in 
of naast de afval­con­tai­ners te deponeren. Het dient door 
eigenaren en gebrui­kers zelf aan de Ge­meente te worden aangebo-
den. Zie hiervoor de door de ge­meente Den Haag terzake vastge­-
stelde rich­tlijnen.

5. Eigenaren mogen de wanden van de algemene ruimten op de verdie­ping waarop hun privé-gedeelte gelegen is versieren met schil­derijen of andere decoraties, indien en voorzover toestem­ming is verkregen van alle andere eigenaren van privé-gedeelten op die 
verdieping. Niemand kan worden verplicht bij te dragen in de kos­ten van deze decoraties en deze moeten worden verwijderd indien deze toestemming door een meerderheid van de eigenaren wordt ingetrokken. Schade aan gemeenschappelijke gedeelte of schade die een gevolg zijn van het aanbrengen, aange­bracht hou­den of ver­wij­deren van de­co­ra­ti­es, wo­r­den­­­ hersteld­ voor­­­ reke­ning van de aanbrenger c.q. degene die hebben besloten tot het aan­brengen van de desbetreffende decoraties.
O­verigens kan voor schade aan de in de ge­meenschappelijke ruim­ten aangebrachte versie­ringen en diefstal daarvan nimmer de Vereniging aan­sprakelijk worden gesteld.

6. De eigenaren dienen de terrassen en balkons op zodanige wijze te gebruiken en schoon te houden, dat afvalstoffen noch andere materialen of water, anders dan regenwater, op andere terras­sen of balkons terecht komt. Wasgoed mag slechts worden gedroogd en kleding, vloer- en tafelkleden mogen slechts worden geklopt c.q. gelucht aan de binnenzijde van de balkons en van de galerijen, zodanig, dat stof en vuil binnen de bal­kon/galerij­afscheiding bl­ijft en niet op lager gelegen balkons valt of bij medebewo­ners naar binnen waait en uitsluitend op die wijze waardoor het aan­zicht van het gebouw zo min mogelijk wordt geschaad.

7. Het spijker- of schroefvast monteren van constructies aan de bui­tenzijde van de gebouwen is niet toegestaan (vergelijk art. 13 van het splitsingsreglement).

art. 11 Huisdieren.

1. De eigenaren en gebruikers zijn verplicht te voorkomen, dat hunhuisdieren schade of hinder veroorzaken aan anderen die zich in het gebouw bevinden. Gedurende het verblijf in de gemeen­schap­pelijke ruimten mogen huisdieren niet loslopen, terwijl de begeleiding aldaar dient plaats te vinden door personen die geacht moe­ten worden deze taak naar behoren te kunnen vervul­len.

2. Indien door een huisdier een gemeenschappelijke ruimte wordt be­vui­ld, dient dit door de begeleider onmiddellijk te worden opge­ruimd.

art. 12 Geluidsoverlast.

1. De eigenaar of gebruiker is verplicht zich te onthouden van
luidruchtigheid in de gemeenschappelijke ruimten.

2. Eigenaren en gebruikers van een appartement waarin muziekin-
strumenten worden bespeeld en/of geluidsapparatuur wordt ge-
bruikt, dienen zodanige maatregelen te treffen, dat de omwo-
nenden daarvan geen hinder ondervinden.

3. Indien een eigenaar of gebruiker in zijn appartement een parketv­loer, een stenen vloer of een andere harde vloer­bedek­king aan­brengt, dient deze te worden voorzien van een ge­luids­isolerende onderlaag en dient tevoren ten genoegen van de bestuurder/admi­nistrateur te worden aangetoond, dat be­treffen­de vloer(en) voldoet/voldoen aan de geldende nor­men inzake ge­luidsoverlast.

4. Het is verboden werkzaamheden zoals boren, zagen, timmeren en der­g­e­l­i­jke uit te voeren, op andere tijdstippen dan van maandag tot en met zaterdag tussen 8.00 uur en 20.00 uur en op zondag tussen 12.00 uur en 18.00 uur.

art. 13 Beveiliging en brandbeveiliging.

1. Het is niet toegestaan om in geval van brand gebruik te maken van de lift.

2. Een ieder die het gebouw betreedt of ver­laat dient er voor te zor­gen dat de toegangsdeuren worden gesloten.

3. Toegangsdeuren dienen op een zodanige wijze te worden ge­sloten dat daarbij geen overlast aan omwonenden wordt veroor­zaakt.

4. Het afstellen van de deurdrangers is alleen toegestaan aan de be­stuurder/ad­ministrateur of aan door hem aangewezen per­sonen.

5. Het is niet toegestaan om in de gemeenschappelijke ruimten voorwer­pen van welke aard dan ook te plaatsen. Dit is in het bijzonder van toepas­sing in de nabijheid van brandver­tragende deuren en voor wat betreft plan­ten en dergelijke op de trap­pen.

6. Er mogen geen bloembakken, droogrekken, en dergelijke bui­ten de balkon- en/of galerijhekken worden aangebracht. Plaat­sing aan de bin­nenzijde van of op de bal­kons is eveneens niet toege­staan in­dien een vrije doorgang via de nooddeuren wordt belem­merd.

7. Het is verboden de bergruimte te gebruiken voor het opslaan van brandgevaarlijke stoffen of daarin bezigheden uit te oefenen die hinder of gevaar aan de andere bewoners kunnen veroorza­ken.

8. De eigenaar of gebruiker is gehouden om tijdens een lange afwezig­heid zorg te dragen voor het noodzakelijk onderhoud aan het betrok­ken apparte­ment, waaronder nadrukkelijk begre­pen het tijdig legen van de brie­venbus.
Voor de winterperiode dienen vorstschade-werende maatregelen met betrekking tot de installaties te worden getroffen.

9. De in artikel 13.8 bedoelde eigenaar of gebruiker dient tevens, indien de afwezigheid leidt tot ontoegankelijkheid van het betrok­ken apparte­men­t, de be­stuurder/administrateur in te lichten over de wijze waarop bij calamiteiten als­nog toegang tot het appar­tement kan worden verkre­gen.

art. 14 Overige bepalingen.

1. Het is verboden de appartementen te gebruiken voor het geven van gelegenheid tot het plegen van prostitutie in welke vorm dan ook.
Indien dit gebod wordt overtreden kan de eigenaar en/of gebrui­ker de toegang tot de privé-gedeelten worden ontzegd door de vergade­ring met inachtneming van de in art. 27 van het split­singsre­gle­ment genoemde voorwaarden.

2. Indien een eigenaar zijn appartement ter verkoop aanbiedt, dient hij dat bin­nen 14 dagen te melden aan de bestuur­der/ad­ministra­teur.

3. Verhuizingen van inboedel dienen ten minste een week tevo­ren bij de bestuur­der/administrateur te worden gemeld. De op­dracht­ge­ver/uitvoer­der is aansprake­lijk voor schade aan gemeen­schap­pelijk ei­gendom die uit de verhuizing voort­vloeit en dient op aanwijzing van de bestuur­der/administra­teur maat­regelen te nemen om derge­lijke schade te voor­komen. Ter der­ving van eventuele schade zal door de bestuurder/ad­mi­ni­stra­teur per verhuizing een borgsom van € 230,00 in re­kening wor­den ge­bracht, welk bedrag uiterlijk 14 da­gen na de ver­hui­zing en na verre­ke­ning van even­tuele schade aan de opdrachtgever zal worden terugge­stort.

4. Het is niet toegestaan aan eigenaren van een parkeerplaats deze te verhuren en/of te verkopen aan een derde niet zijnde­ eige­naar van een appartement binnen het gebouw Zeekant/Ge­vers Deynootweg. 
Te­vens is het niet toegestaan een par­keerplaats in gebruik te ge­ven aan een der­de voor een termijn langer dan 14 da­gen zonder te hebben voldaan aan het gestelde in artikel 15 van dit Reglement.

5. De eigenaar of gebruiker is aansprakelijk voor schade en boete ver­oorzaakt c.q. opgelegd aan de bij hem inwonende of verblijf­houdende personen.

6. De bestuurder/administrateur is belast met naast de bij het 
Reglement van Splitsing opgedragen taken, het toezicht op de na-
leving van het Huishoudelijk Reglement.

7. De bestuurder/administrateur is bevoegd een lid van de vereni­ging te wijzen op een handeling in strijd met het bij of krachtens dit Huishoudelijk Reglement bepaalde voor hemzelf of voor een der personen, voor wie hij ingevolge het hiervoor bepaalde jegens de Vereniging aansprakelijk is, en zal hem voor herhaling waar­schu­wen.

8. Indien, ondanks een waarschuwing in de zin van het gestelde in artikel 14, pnt. 7, degene tot wie de waarschuwing was gericht dan wel een der personen voor wie hij jegens de Vereniging aansprakelijk is, niet naleeft, is de bestuurder/administrateur be­voegd de betreffende persoon gehoord hebbende, althans daartoe opgeroepen hebbende, hem een boete van maximaal vierhonderdzestig euro (€ 460,00) op te leggen.

9. De bestuurder/administrateur zal zijn besluit een boete op te leggen, als bedoeld in artikel 14, pnt. 8, per aangetekende brief inhoudende de overwegingen waarop het besluit berust, ter kennis brengen van diegene aan wie de boete is opgelegd. Beroep tegen dit besluit zal openstaan gedurende één (1) maand na
de datum van verzending van eerder genoemde aangetekende brief.

10. Het beroep als bedoeld in artikel 14.9 wordt ingesteld door indie­ning van een met reden omkleed bezwaarschrift bij de bestuurder / administrateur hetgeen – na ont­vangst van het bezwaar­schrift behandeld zal worden op de eerstvolgen­de leden­vergadering. Bij de oproe­ping ter vergadering zullen afschrif­ten van de boe­teop­legging en van het be­zwaarschrift aan de leden worden toegezon­den.

11. De Algemene Ledenvergadering zal het besluit van de bestuurder/
administrateur handhaven dan wel vernietigen. Indien het besluit wordt gehandhaafd en mocht gezien de tijdnood een extra leden­ver­gadering noodzakelijk zijn voor het behande­len van een ho­ger be­roep, een en ander ter beoorde­ling van de Commissie van Toe­zicht, dan zullen de kosten voor deze extra vergadering in reke­ning worden gebracht bij diegene die het beroep heeft ingediend. Het be­drag aan kosten zal nimmer lager zijn dan € 50,00.

12. In verband met bij de oplevering van het gebouw geconstateerde af­wijkingen van de feitelijke situatie (o.m. 81 parkeer­plaat­sen i.p­.v. 85) lui­den de breukdelen als bedoeld in artikel 2 van het reglement van splitsing als volgt (in geval van eventuele afwij­kin­gen t.o­.v. de akte van sp­lit­sing geldt het onderstaan­de):

appartements- of parkeerplaatsnummers (respectieve­lijk appar-
tementsindexnummers): aantal breukdeel totaal

103,103B,1264A,1264B: 4 x 25 100

103A,103G,103N,103U,104,1262B,1262C,
1262D,1262E,1264E,1266E,1268E,1270E,
1272E,1274E,1276B,1278B: 17 x 23 391

103C,103D,103H,103P,103Q,103R,103S,
103T,103V,103W,103X,103Y,103Z,104A,
104B,104C,104D,104E,104F,104G,104H,
104J,104K,104L,104M,104N,­104P,104Q,
1264F,1264G,1264H,1266A,1266B,1266F,
1266G,1266H,1268A,1268B,­1268F,1268G,
1268H,1270A,1270B,1270­F,1­270G,1270H,
1272A,1272B,1­272F,1272­G,1­272H,1274A,
1274B,1274F,1274G,1274H,1276C,1276D,
1276E,1278C,1278D,1278E: 62 x 21 1302

103E,103F,103J,103K,103L,103M,1264C,
1264D,1266C,1266D,1268C,1268D,1270C,
1270D,1272C,1272D,1274C,1274D,1276,
1276A,1278,1278A: 22 x 18 396 

1262A: 1 x 16 16

Woningen (B-kosten): 106 2205

214,215,216,217,218,219,220,221,222,
223,224,225,226,227,228,­229,230,301,
302,303,304,305,306,237,238,239,240,
241,328,307,244,245,246,247,248,249,
250,251,252,253,254,255,257,258,259,
260,261,262,263,264,265,267,323,324,
325,326,327,309,310,311,277,279,280,
281,282,283,284,285,286,287,321,322,
314,315,316,317,318,319,320,312(302)

Parkeerplaatsen (C-kosten): 81 x 2 162

104R(107) (horeca/bedrijfsruimte): 1 x 72 72

Totaal (A-kosten): 2439
=====
(299) (reclame/dakappartement): 1 x 19
(300) (reclame/dakappartement): 1 x 43
62
2501
13. In gevallen, waarin het Huishoudelijk Reglement niet voor­ziet, beslist de Commissie van Toezicht. Ingeval door de Commis­sie van Toezicht belangrijke beslissingen worden genomen zal de Algemene Ledenvergadering achteraf alsnog worden geïnfor­meerd.

art. 15 Het in gebruik geven van een appartement aan derden.

1. Verhuur aan derden van het appartement kan in principe alleen pla­atsvinden voor een periode van tenminste 6 maanden of langer. Het ex­ploiteren als vakantieappartement is niet toege­staan.

2. Indien een eigenaar zijn appartement wenst te verhuren dient hij daarvan, vóór het in verhuur geven, de bestuur­der/admini­stra­teur in kennis te stellen op de wijze als aangege­ven in artikel 24 van het splitsingsreglement. De bestuur­der/admi­nistrateur zendt vervolgens aan verhuurder toe de door huurder te ondertekenen verklaring als aangegeven in artikel 24 van het splitsingsreglement.

3. Zodra een huurder gevonden is, informeert verhuurder de be­stuurder/administrateur middels een schrijven over de verhuis­datum en sluit daarbij in een kopie van het getekende huurkon­trakt en de getekende verklaring als bedoeld in artikel 24 van het split­singsreglement.

4. Gelijktijdig maakt verhuur­der een bedrag ad. € 460,00 over aan de vereniging welk bedrag dient als waarborgsom. Dit bedrag wordt incl. rentevergoeding (conform promessedisconto minus 2%) teruggestort zodra huurder het appartement verlaten heeft in ver­band met opzegging van het kontrakt. Eventueel door bestuur­der/administrateur te maken kosten voor herstel van schade aan de gemeenschappelijke ruimten waarvan de oorzaak is terug te voeren tot de plaatsgevonden verhuizing, zal in mindering worden gebracht. Indien de kosten van herstel der schade de 
€ 460,00 te boven gaan, zullen de meerkosten aan verhuurder in rekening worden gebracht.

5. Verhuurder informeert de bestuurder/administrateur uiterlijk
veertien dagen voor de verhuizing van een huurder over de 
verhuisdatum.

6. Verhuurder is per maand een bedrag ad. € 11,35 (m.i.v. 1 januari 2006 € 12,00) verschuldigd aan de Vereniging als zogenaamde “verhuurvergoeding”. Dit bedrag komt ten goede aan een “reserve onvoorzien”. De vergade­ring van eigena­ren kan in voorkomende gevallen een bestem­ming geven aan het saldo van deze reserve welke het onderhoud ten goede komt.

7. Indien blijkt dat een eigenaar zijn appartement verhuurt zonder zich aan de daarvoor geldende regels te hebben gehouden, is 
hij­/zij een boete verschuldigd van € 1.150,00.
Indien ten genoegen van de bestuurder/administrateur wordt aange­toond, dat dit is gebeurd uit overmacht, kan de boete worden verminderd of kwijtgescholden.

8. Indien verhuurder bovenstaande verplichtingen, ook na aangete­kend schriftelijk verzoek, niet nakomt en er om die redenen een gerechtelijke procedure noodzakelijk is om rechten te doen gelden, komen alle procedurekosten in deze voor rekening van verhuurder. Ook de kosten, gemaakt door de bestuur­der/ad­mini­strateur, komen voor rekening van de verhuurder.

9. Voor het in gebruik geven aan derden voor een periode langer dan drie weken, is het bovenstaande overeenkomstig van toepas­sing.

Art. 16 Afsluiting balkon, wijziging bestemming of gevelbeeld

1. De vergadering van eigenaren besloot in haar vergadering d.d. 10/5/1­995 dat afsluiting van de balkons, wijzigingen van de bestem­ming van een appartement of elke wijziging in het archi­tectonisch beeld van het gebouw, alleen is toegestaan na verkregen toestemming van het College van Burgemeester en Wethou­ders van de Gemeente Den Haag of de namens hen optredende instantie en na toestemming van de ledenverga­dering van de Vereniging.

2. Toestemming van de ledenvergadering kan alleen worden verkregen indien uitvoering plaatsvindt conform de door het College van Burge­meester en Wethou­ders vastgestelde “standaard” en na het overleggen van de stukken waaruit blijkt dat toestemming van het College van Burge­mees­ter en Wethou­ders is verkregen.

3. Onderhoud, reparatie en/of noodzakelijke vervanging aan de buiten­zij­de van de aangebrachte wijziging wordt door de vereni­ging maar voor rekening van de eigenaar van de betrokken wijziging uitgevoerd.
Tot dit onderhoud behoort in ieder geval het zesmaal per jaar reini­gen van ruiten en kozijnen.

4. Indien als gevolg van de wijziging door de Vereniging extra kosten moeten worden gemaakt ten behoeve van de uitvoering van onderhouds­werken aan de gemeen­schappelijk delen van het gebouw, kosten van (opstal-, glas- en/of w.a.) verzekering, reparatie en/of vervanging komen deze kosten voor reke­ning van de eige­naar van de doorge­voerde wijziging.

5. De eigenaar van de wijziging dient zich te verzekeren tegen aanspra­kelijkheid uit de wet en/of overeenkomst waarbij gedekt dient te zijn:

a. Schade aan personen als gevolg van gebrek aan de construc­tie.
b. Schade aan het gebouw als gevolg van gebrek aan de construc­tie.

één en ander moet blijken uit een door de eigenaar te overleg­gen schrifte­lijke verklaring van de verzekeraar.

6. De bestuurder / administrateur dient tijdig in kennis te worden gesteld over de datum van uitvoering van de geplande werkzaam­heden. Vóór de uitvoering zal proces-verbaal worden opge­maakt om de aan het gebouw aanwezige gebreken vooraf te kunnen vaststellen en vastleggen. Na oplevering van de uitgevoerde werkzaamheden zal wederom proces-verbaal worden opge­maakt, om vast te stellen dat er door de uitvoe­ring geen schade is ontstaan aan het gebouw. Indien hiervan echter wel sprake is, dan komen de kosten van herstel voor rekening van de aanvra­ger.

7. De in verband met de afhandeling van de aanvraag door de bestuurder / administrateur te maken extra kosten van overleg, organisatie, opmaak proces-verbaal, vergader- en kantoorkosten, komen geheel voor reke­ning van de aanvra­ger.

8. De oorspronkelijke constructiedelen blijven eigendom van de Vereni­ging en dienen onbeschadigd overgedragen te worden aan de bestuurder / administra­teur. De kosten van opslag zijn voor rekening van de aanvrager.

Art. 17 Incassokosten.

1. Indien een eigenaar niet aan zijn betalingsverplichtingen voldoet, ook niet nadat hij daarop middels aangetekend schrij­ven door de bestuurder/administrateur is gewezen, zal de vordering in handen worden gegeven van een gerechts­deur­waarder. De vordering zal wor­den verhoogd met een boeterente gelijk aan de wettelijke rente gerekend vanaf 15 dagen na de vervalda­tum van het te vorderen be­drag.
De kosten van de gerechtsdeurwaarder alsmede eventueel verdere k­o­s­ten i.v.m.­­­­­­ te nemen rechtsmaatregelen, komen ge­heel voor­­ reke­­­­ning van de debiteur die niet aan zijn verplichtin­gen voldoet.
De kosten van de bestuurder/administrateur, in hoofdzaak bestaande uit het arbeidsloon voor door hem bestede uren, komen eveneens voor rekening van de betreffende debiteur.

Aldus vastgesteld tijdens de ledenvergadering van 10 mei 1995.
Bedragen van guldens in euro’s omgezet n.a.v. vergaderbesluit van 24 juli 2003.